195Views 2Reacties
Recensie: Groot Biegel sprookjesboek – Paul Biegel
Paul Biegel schreef vele verhalen. In Groot Biegel sprookjesboek zijn 30 van zijn allermooiste verhalen verzameld. De prachtige illustraties zijn van Charlotte Dematons.
Het boek heeft een hardcover en op de voorkant staat een illustratie waarop van alles gebeurt en die direct aanspreekt. Na het (voor) lezen van het boek herken je in deze cover veel van de verhalen die in het boek staan. Dat is erg mooi gedaan en geeft de cover iets speciaals.
Het boek is om voor te lezen voor kinderen vanaf 6 jaar en om zelf te lezen voor kinderen vanaf 9 jaar. Door de ruime lay-out, de niet te lange zinnen en het ontbreken van hele moeilijke woorden zou dat prima moeten lukken. Het taalgebruik is vaak speels en heeft humor wat het lezen voor kinderen prettig maakt. Ook om voor te lezen is dit erg geschikt omdat de manier van schrijven er om vraagt om het verhaal als het ware voor te dragen. En de illustraties maken de (voor)leespret compleet door de perfecte manier waarop ze het verhaal weergeven.
Alleen voor de illustraties alleen zou je het boek willen kopen, ze zijn een lust voor het oog en zijn stuk voor stuk kleine schilderijtjes. De illustraties zijn er in allerlei maten en kleuren, soms loopt de illustratie achter de tekst door. (de tekst blijft dan goed leesbaar). Ze zetten het sprookje van Paul Biegel om in beelden, en voegen vaak nog iets toe dat de fantasie prikkelt. Je herkend door het hele boek heen de stijl van Charlotte Dematons maar tegelijkertijd zijn de sprookjes bij ieder verhaal uniek. Bij alle 30 sprookjes zijn er illustraties die niet alleen het verhaal laten zien maar die ook de sfeer van wat er verteld wordt uitdragen.
Bij sprookjes denk je al snel aan de klassieke sprookjes die beginnen met Er was eens… en eindigden met En ze leefde nog lang en gelukkig. Dat zie je bij de sprookjes van Paul Biegel maar een enkele keer, hij geeft geheel zijn eigen invulling aan het begrip sprookjes vertellen. Toch passen zijn verhalen uitstekend onder de noemer sprookjes. Dit is namelijk de definitie die ik van sprookjes op Wikipedia vond:
Een sprookje is in oorsprong een mondeling overgeleverd volksverhaal waarin vaak magie een rol speelt en er een beroep wordt gedaan op de fantasie van de lezer of luisteraar.
Hierbij passen de meeste verhalen in het boek als een handschoen. Paul Biegel heeft de verhalen dan wel zelf geschreven maar hij vertelt ze vaak als een overgeleverd verhaal dat hij aan de lezer doorvertelt. Zoals het verhaal waar het boek mee begint “De Zwaan“, het verhaal over een eenzame zwaan dat lang geleden begonnen is maar nog steeds geen einde heeft. Of het verhaal “De gouden Bal“ waarin uitgelegd wordt waarom en hoe de zon opkomt en ondergaat. En dat is een veel leukere uitleg dan je op school leert.
Ook wat het aanspreken op de fantasie van de lezer / luisteraar betreft zijn dit echte sprookjes. De verhalen zijn fantasievol, magische en aan het einde van een verhaal geeft de auteur vaak nog iets mee waar kinderen op kunnen letten. Hij geeft gewone dingen iets magisch of speciaals mee en laat kinderen daar of fantaseren met zinnen als Niemand weet of er nog meer betoverde dwergen bestaan ga dan maar eens luisteren met zomer vollemaan.
Het zijn fijne (voor)lees verhalen waarin kinderen van verschillende leeftijdsgroepen zich mee kunnen vermaken of iets uit kunnen halen. Het ene verhaal is wat langer dan het andere maar het zijn allemaal verhalen die niet te veel tijd in beslag nemen.
De sfeer van de verhalen is net als de onderwerpen heel divers. Er zijn verhalen die zich afspelen in fantasie werelden maar ook gewoon in onze wereld. De verhalen die zich in onze wereld afspelen hebben iets tijdloos, zowel in woord en in de illustraties. Wat er gebeurt heeft vaak iets herkenbaars maar het zou zich net zo goed nu als 20 jaar geleden kunnen afspelen.
Er zijn spannende verhalen zoals dat van een klein konijn dat op avontuur gaat, of een jongetje die zijn lievelingsknuffel kwijt raakt.
Ook zijn er grappige verhalen zoals het verhaal over schoenen die het zat zijn dat ze nooit zelf kunnen bepalen waar ze heen gaan. Wanneer ze op een nacht met z’n allen door de stad gaan lopen is het de volgende ochtend een chaos is de stad.
Een enkele keer was er een verhaal dat abrupt eindigde en niet aanvoelde als een compleet verhaal. Jammer maar gelukkig is dat niet vaak en maken de illustratie’s veel goed.
Een thema dat op verschillende manieren terug komt is de dood. Wat mij betreft hoort dat bij het leven en mag het in een kinderboek. Zeker wanneer het zoals bij “Nevelkindertjes“ op ontroerende wijze laat zien hoe een oude man liefdevol opgehaald wordt en de laatste uren van zijn leven in vreugde doorbrengt.
En zo kan ik nog zonder moeite een pagina volschrijven over wat er allemaal in de verhalen voorkomt. Maar ik volsta met nog één lange regel met wat je onder andere in het boek vindt:
Wensen die al dan niet uitkomen en vaak anders dan gedacht of gewenst / betoverde dwergen / een onredelijke koningin / rijm en gedichten / humor / een toverhoed of toch niet? / een treurig hobbelpaard en een woeste fee / dieren die hun jager begraven / lessen die geleerd worden / magie / een steen die een haas wil zijn / grappige kindervragen….
Kortom, mooie gevarieerde verhalen die perfect samen gaan met de vele prachtige illustraties.
Boekgegevens
Titel : | Groot Biegel sprookjesboek |
---|---|
Auteur : | Paul Biegel |
Uitgever : | Gottmer |
Verschenen : | April 2021 |
ISBN : | 9789025774684 |
Tags: BoekenblogRecensie
2 Opmerkingen
door Wilma
Een mooie combinatie voor een schitterend boek.👍
door Charlotte
Wat leuk, we zijn dol op sprookjes 🙂